vrijdag 14 oktober 2011

Het figuur

Het Figuur
Dit figuur stelt de oplossing voor van een vraagstuk. De titel van een acht pagina's tellende epistel over deze oplossing luidt:
De Kromme van Johann Bernoulli volgens Christiaan Huygens en anderen, of Zijn en Worden in de Wiskunde en in het Leven Segnius irritant animos demissa per aurem quam quae sunt oculis subjecta fidelibus ... Horatius.

`De thans aan den, mogelijk reeds eenigermate belangstellenden, lezer aangeboden brochure is, naar den vorm, droog en zakelijk (...).'' De lust om het werkje te lezen zou me zijn vergaan, als in het voorwoord niet had gestaan: ``Onlangs vernam ik dat de thans zo vaak nodige herscholing van arbeiders driemaal zo snel verloopt als vroeger, tengevolge van het gebruikmaken van de film.'' .Een luisterspel sleept het publiek veel minder mee dan wat de trouwe ogen wordt getoond en wat de kijker zelf meedeelt, Daarom zou het leuk zijn als we een film van de transformatie van de kromme C konden maken. Want  epistel over de transformatie zou naar vorm, droog en zakelijk zijn. Toch werd er geen film geleverd bij het boekje. Waarom eigenlijk niet? Wel de film zou niet alleen gaan over de krommen maar veel meer over krom geklets. Je moet dus weten waar het probleem nu eigenlijk zit, anders verval je direct in krom geklets.
Het zijn namelijk  drie figuren in één tekening: een kromme met een keerpunt K plus zijn spiegelbeeld, een cirkel met topraaklijn, en een soort lotusfiguur. Deze figuur stelt de oplossing voor van een, ``door Joh. Bernoulli geproponeerd vraagstuk, n.l. de vorm te bepalen van een kromme of de kromme plus zijn spiegelbeeld, een cirkel met topraaklijn, en een soort lotusfiguur. Deze figuur stelt de oplossing voor van den vorm te bepalen van een kromme of de kromme ABC, bij welke een constante verhouding bestaat tusschen de lengte van de raaklijn , bij welke een constante verhouding bestaat tusschen de lengte van de raaklijn BD ( (B raakpunt) en het op de gegeven rechte raakpunt) en het op de gegeven rechte AD vanaf een vast punt vanaf een vast punt A afgesneden stuk afgesneden stuk AD.'' 

De schrijver van het epistel schrijft:  ``De constante n (of liever (of liever t = 1/n)--om het idee te klaren kunnen we het een tijdsfactor noemen,  men kan dus de lijn beschouwen als voor de tijd nul samenvallende met de )--op een armoedige manier uitgelegd, om het een tijdsfactor noemen, kan men de lijn beschouwen als voor de tijd nul samenvallende met de X-as, zich dan aan weerszijden verheffende, voor -as, zich dan aan weerszijden verheffende, voor t=1 overgaande in cirkel en topraaklijn, zich daarna naar boven uitrekkende en ten slotte voor overgaande in cirkel en topraaklijn, zich daarna naar boven uitrekkende en ten slotte voor t=8 overgaande in de overgaande in de Y-as -as + een horizontale lijn oneindig hoog boven de een horizontale lijn oneindig hoog boven de X-as.'' 

Laten we het eens uitproberen: --als voorbeeld van de gedaanteverwisseling van een curve om er een  film van te maken voor arbeiders, de kinematographie is dan voor student en wetenschapper. Dan  zou men deze transformatie kinematografisch kunnen vertonen--als voorbeeld van de gedaanteverwisseling van een curve bij verandering van een daarin voorkomenden parameter.''  Dan zou de kinematographie een grotere rol gaan spelen in het wiskunde onderwijs. Maar nee, de wiskundigen kunnen geen aandacht opbrengen voor  De kromme van Bernoulli. Er dringt zich namelijk altijd, als men begonnen is, om met  Bernoulliaanschen trant van het beschouwde complex van lijnen betekenis toe te kennen, nog iets opmerkelijks voor. Bij de overgang van de jeugdlijnen in de cirkel met topraaklijn, komen de beide eerst gescheiden merkwaardige punten bij elkander zodat de beide krommen daarna een bekoorlijk geheel vormen. Dit zou men dan kunnen menen te moeten beschouwen als het huwelijk, waardoor de volheid des levens bereikt wordt.''

Maar ja, lang niet alle grote wiskundigen hebben die `volheid' bereikt. Vollgraff ( die het epistel schreef) kletst zich er als volgt uit: ``Dat Chr. Huygens, evenals Newton, Leibniz en zovelen, die niet in het huwelijk traden, de volheid des levens niet bereikt zouden hebben, zouden wij echter voorzeker niet willen beweren.'' Let op, nu komt het: ``Men zou bij hen (...) eerder moeten spreken van het zich tot één geheel vereenigen, in de levenslijn, van diverse jeugdaspiraties. Wie `leven' zegt, of `opvoeding', eventueel `zelfopvoeding', zegt immers `evolutie' (`wordt wat gij zijt'). Maar volgens mij is dat helemaal niet naar den vorm, droog en zakelijk. Maar het hele punt is, men snapt niet en zal nooit willen begrijpen hoe die volheid nu toch steeds weer wordt bereikt. De Liefde blijft voor de wiskundige die de volheid niet hebben bereikt een compleet mysterie.

Tussen Spinoza ... en uiteindelijk Takens

Tussen Spinoza en uiteindelijk Floris Takens past wiskundig niemand tussen, Spinoza heeft de oneindigheid heel goed herkend. Spinoza wist dat God over de functie`s ging, ze gaan allemaal naar oneindig.
Je bent vrij om Spinoza’s definities te verwerpen, maar dan moet ik iedereen er op wijzen , dat je dan, behalve de Ethica, ook al je wiskunde boeken moet sluiten. Spinoza’s definitie is namelijk gelijk aan de wiskunde. Onder “x gaat naar oneindig” ( is dus onbeperkt ) verstaan we, dat we de veranderlijke x groter kunnen maken dan elk vooraf gekozen getal N ( hoe groot je N ook kiest). Als x gaat naar oneindig dan gaat ook de functie f gedefinieerd door      f (x) = x² naar oneindig, omdat we kunnen maken dat x² groter wordt dan elk vooraf gekozen getal N, door x maar groot genoeg te nemen. D. w. z.:.. dit is de definitie van Spinoza. Er bestaan dan ook boeken waarin Spinoza geroemd wordt om zijn juiste inzichten in de begrippen eindigheid en oneindigheid. Dus als je zijn definities verwerpt, sluit dan s. v. p. ook je wiskunde boeken , want de gehele differentiaal en integraalrekening berusten op dezelfde definities.

Er bestaan ook begrensde functies, b.v. De functie g gedefinieerd door g (x) = 100- 1/x wordt begrensd door het getal 100,                      Officieel zeggen we: we kunnen maken dat verschil 100 en 100-1/x kleiner wordt dan elk vooraf gekozen positief getal epsilon ( hoe klein ook gekozen ) door x maar groot genoeg te nemen.

Mag ik Uw definitie van eindigheid vernemen? Wie kan zich daar een voorstelling bij vormen, voor dat je begint de volgende waarschuwing: Verzamelingen :………………… Spinoza leert dat alles wat we helder, duidelijk ofwel adequaat kunnen definiëren, ook bestaat. Je weet dat men zelfs al op de basisscholen de leerlingen tegenwoordig kringetjes laat draaien die zogenaamde verzamelingen voorstellen. Wist U dat de wetenschap er nog niet in geslaagd is het begrip verzameling exact te definiëren.  Elke definitie die is beproefd leidt tot een tegenspraak in zichzelf ( zie de filosoof Russell ). Ieder die een sluitende definitie vindt krijgt overmorgen de Nobelprijs. Omdat er geen sluitende definitie bestaat is het begrip verzameling een inadequaat begrip. Het heeft geen actualiteit, maar wel realiteit. Verzamelingen zijn geen 1/x. D.w.z. er bestaat geen veelheid van gelijke dingen. De veelheid die we waarnemen is slechts schijn. Alles en alles is Één !!!

Er zijn geen scheidingen, hoogstens onderscheidingen. Onderscheidingen zijn eindig, hun grenzen zijn rationeel, zelfs operationeel te bepalen, we leven er lichamelijk mee. Daar in tegenover staat dat je verder kunt gaan met de grenzen te verschuiven, alles hangt met alles samen optimale verschuiving voort naar Één, die dan geestelijk –en dus niet in het laboratorium- te realiseren is.

Floris Takens was de eerste wiskundige die de grenzen instinctief naar een functioneel niveau verschoof, zijn innerlijke conclusie verschoof steeds naar een innerlijk Vraagteken, hoe kom ik tot mijn eigen nulpunt, om mij te ontdoen van een reken-systeem dat iedere getalswaarde tot een druk maakt?” U moet weten, zo bezien is ieder getal dat de mens beschouwd een onderdeel van een Leven`s formule! Hoe beschouw ik deze leven's formule in die zin, dat ik de transformatie van zijn mogelijke evolutie curve kon voorspellen. En U weet het nu, er is niet zomaar een film van te maken zodat men deze transformatie kinematografisch kan vertonen--als voorbeeld van de gedaanteverwisseling van een curve bij verandering van een daarin voorkomende parameter.

Toch hebben we een kwantum-debiel die denkt dat het wel kan, hij heet Martinus Veltman. Ja, hij kan het maken op basis van een krankzinnige theorie, die zelfs zijn eigen functionaliteit heeft ontworpen. Terwijl we gewoon weten dat God over de functie`s gaat, en daarmee alle functionaliteit ook beheerst, en niet de krankzinnige wetenschap. Het is gewoon complete oplichting!

Het enige wat ons deel is, kan heel direct omschreven worden. Iedere menselijke creatie is een "Wijs gereguleerde Schepping in manifestatie". In het begin betreft het in uiterlijke zin een vierkant (een prent of tekening) die gevuld is met n2 getallen, waarbij n minstens gelijk is aan 3. De getallen zelf betreffen alle getallen van 1 tot het n2. De ordening moet zodanig zijn dat de som van de getallen in elke rij, elke kolom en elke diagonaal aan elkaar gelijk is. Het is eenvoudig in te zien dat deze som gelijk is aan Rd.n2. Het aantal mogelijke oplossingen neemt met stijgende n snel toe. Voor de magische kwadraten van 5 zijn er al duizenden oplossingen. Maar van de krankzinnige wetenschapper zal je dit nooit horen, want daarmee geeft hij toe dat hij grossiert in de species van het element, en dat slechts op het landgoed Utopia.

Richard Feynman maakte er een uitgetypte vertelling van, voor een leken publiek! En dat werd de QED. Feynman werkt met "diagrammen".  Feynman diagrammen zijn vreemd ogende droedels die Feynman aanvankelijk gebruikt moet hebben om zelf beter zicht te krijgen op de capriolen van elementaire deeltjes. De diagrammen laten schematisch zien hoe botsingen en andere processen tussen elementaire deeltjes verlopen. Het zijn in principe boekhoudkundige gereedschappen met een eenvoudige visuele voorstelling van een botsing van deeltjes. Ze bleken zó handig te zijn, vooral om na te gaan welke mogelijke gebeurtenissen de uitkomst van een berekening bepalen, dat iedere natuurkundige die actief is in het betreffende vakgebied ze tegenwoordig gebruikt.

En waarvoor de QED allemaal verder wordt gebruikt , het is gewoon allemaal hocus pocus, daar er gewoon beweerd wordt dat; ......... De techniek van renormalisatie het  lastige effect van oneindig heden compenseert en elimineert. Ra, ra hoe kan dat, terwijl we weten dat de mens niet over de oneindig heden kan gaan!
Dat was zelfs al aan alle oorspronkelijke culturen bekend!

1 opmerking:

  1. Evaluatie
    Zonder uitvoerig in te gaan op ontologische en epistemologische kwesties, wil ik in de eerste plaats vaststellen dat de waarden van een literair werk in dat werk zelf gelegen is en niet in de ervaring van de lezer.
    Ik erkent dan ook alleen de ervaring (‘experience’) en niet de kwaliteit (‘quality’). Verdergaan in enige evaluatie heeft alleen zin - als de kwaliteiten in het literaire werk zelf gesitueerd is.
    Wanneer iemand een zin uitspreekt, en ik hoor die zin dan construeer ik niet het verband tussen de verschillende woorden, ik réconstrueer het. Ik reconstrueer een verband dat door de spreker is gelegd.
    Via deze ervaring kan ik van een taaluiting kennis nemen, en is de coherentie van die taaluiting niet in mijn ervaring gesitueerd maar in de uiting zelf. Wanneer ik een (geconstrueerd) literair werk reconstrueer of realiseer, impliceert dat zulks dat coherentie, herhaling, eufonie e.d., eigenschappen van het werk zelf is en niet van mijn ervaring. Zo is het werk van de schepper, beschreven van uit de openbaring, als een literair werk te bezien!
    Of en hoe deze eigenschappen kwaliteiten te noemen zijn, is een andere zaak. Zo is het NU voorzien! Wij hebben zo geen andere keuze als in deze lievelijke kosmos te leven!
    Zo zijn de niet-esthetische kwaliteiten, die zich in de ‘wereld’ van het literaire werk manifesteren, niet op één lijn te stellen met de esthetische, omdat de niet-esthetische kwaliteiten geen waarden van het literaire werk zelf zijn.
    Zo word anders de literatuur over de evaluatie van het literaire werk een doolhof.
    Als ze dit al niet volledig is! De online praktijken zijn daar alleen een bevestiging van!
    Zo is het dan ook dat elk narratief medium sinds zijn ontstaan zijn onderwerpen overal al heeft gehaald, en dus ook bij andere media zoals film, tv of literatuur. Het huidige doolhof is compleet!
    En uiteraard weten de mensen niet wat ze "Er Mee Aan Moeten", en wetenschap en politiek al helemaal niet!
    Het is nog veel meer als idioten volk!
    Er is geen scholing meer, ze hebben het leven gemaakt tot een doolhof!
    Het Kind is geen kind meer, papa en mama zijn al idioot!
    Nog even en de Nullosomie heeft compleet toegeslagen, in de totaliteit van onze genetica!
    Dat wordt wachten op de nieuwe mens ........hij is wat hij doet!
    Dus hierin inhoud weet te plaatsen..........en dat met de ware aard van de handeling van het meten, namelijk dat het een interface is – vormgegeven in een meetinstrument als verlengstuk van zijn zintuigen – tussen zijn denken en de te onderzoeken zaak. Meten is een raakvlak tussen geest en materie.
    Er is dus ALTIJD de noodzaak Z 2 (de tweede partij) te overtuigen, en zodoende de weerstand bij de tweede partij weg te nemen.
    Enige evaluatie vanuit het literaire doolhof heeft verder geen zin!
    Alleen de ethiek en esthethiek leiden direct naar God!
    Dat is zoals het voorzien is!


    Nardocus Filosofus

    BeantwoordenVerwijderen